Les 7 du Champagne

Zij die me een beetje kennen weten het al wel… Ik drink eens graag een glaasje Champagne of andere bubbels die op de kwaliteitsladder op dezelfde hoogte mogen geplaatst worden als Champagne. Het is ondertussen toch al wel een hele tijd bezig dat ik me goed voel met een glaasje bubbels als afsluiter van de avond. De exacte reden ken ik niet echt maar naar mijn vermoeden komt het doordat ik doorgaans zoveel rode en witte wijnen dien te proeven zodat ik wel eens naar iets anders verlang. En geef toe, het is verre van een slechte keuze 🙂

Doorgaans blijf ik ver weg van alle grote en commerciële Champagnehuizen. Iedereen kent de namen wel. Het is leuk ze een keertje te bezoeken als je met een groep ginds bent en het voor velen de eerste keer is in de Champagne. Deze huizen vallen terug op een gigantische massaproductie, kopen hun druiven waar ze ze ook maar kunnen krijgen en kwaliteit is hierbij zelden hun eerste zorg. De druiven zo goedkoop mogelijk indoen daarentegen…
Neen het liefste zoek ik naar huizen die anders zijn, een beetje tegendraads zelfs (een beetje zoals mezelf dus). Al jaar en dag heb ik Tarlant liggen in mijn kelder, De Sousa is er nog zo eentje.
Tijdens mijn recentelijke doortocht bezocht ik beiden huizen nog een keertje. Het waren echter niet de enigen waar ik enige tijd bij heb doorgebracht. Zoals steeds ga ik niet onmiddellijk af op de proevertjes die ik er voorgeschoteld krijg. Ik wens ze in alle kalmte rustig te herproeven en wel thuis. En dus maak ik een budget vrij voor staalflessen. Ik weet wat gedaan dus de komende dagen en weken!

In Champagne blijkt er van crisis nog helemaal geen sprake te zijn. Het was alweer een tijdje geleden dat ik er meer dan één dag was en het verbaasde me dat je op zaterdag praktisch nergens meer terecht kon. In een niet zo ver verleden kon je die dag van het ene huis na het andere huppelen. Uit nostalgische redenen tracht ik buiten de afspraken om toch steeds nog eens een stop als in de oude tijden te doen. Gewoon aanbellen en vragen of je een bezoek kan krijgen. Vaak krijg je dan de mooiste verhalen te horen en kan je genieten van de enorme gastvrijheid die vele Champagneboeren met zich meedragen. Niet echter zo bij Bereche & Fils uit Ludes. Bij onze stop op vrijdag kregen we een norse en korte ‘pas intéressé’ te horen. Du jamais vu qua!

Maar eigenlijk wil ik het een keertje hebben over de cépages die je kan vinden in een Champagne. Iedereen kent wel de drie klassieke druivensoorten veronderstel ik… Chardonnay, Pinot Noir en Pinot Meunier. Waarbij er jaren werd neergekeken op de Pinot Meunier. Opmerkelijk is dat dit zogenaamde zwakkere broertje aan een ware revival bezig is. Steeds meer komen er Champagnes op de markt die enkel maar gemaakt zijn van deze Pinot Meunier, die een lange kelderrijping hebben gekregen, zelfs een gedeelte houtlagering. Opmerkelijk ook dat deze Champagnes die lang door velen gemeden worden nu ook een enorme appreciatie beginnen te krijgen bij het publiek. Niet ten onrechte immers want er is nergens zo’n mooi fruit te vinden als bij een Champagne van Pinot Meunier.

Klassiek gezien echter krijg je bij een Champagne een blend (mix) van de drie klassieke druivensoorten. Elk huis zoekt naar zijn eigen goût-maison. Vaak komen er wel tot 150 deelelementen bij zien om tot het uit uiteindelijke eindproduct te komen. Zo is er de samenstelling van de basiswijn uit de drie verschillende druivenrassen. Druiven die wel vanuit een 10-tal verscheidene percelen kunnen komen (dit noemen we de horizontale assemblage). Hier bovenop komt er nog eens een verticale assemblage, soms wel van 5 verschillende jaren. Als basis wordt er steeds vertrokken van het huidige oogstjaar, waarbij er dan vin de réserve uit vroegere jaren wordt toegevoegd.

Nu wat enkel voor ‘nerds’ zoals mezelf gekend is, is dat er buiten de 3 klassieke druiven waar we het steeds over hebben er nog andere rassen toegelaten zijn in Champagne. Maar liefst vier witte druivenrassen kunnen gebruikt worden in jou geliefde Champagne. Deze rassen werden van oudsher gebruikt maar waren volledig uit het beeld verdwenen. Ik heb het hier over de Pinot Blanc, Petit Meslier, Arbanne en de Fromenteau (ofwel de lokale benaming voor de Pinot Gris). Deze druiven staan als minder kwalitatief bekend en kwamen vaak voor in de allergoedkoopste Champagnes vanuit de Aube. Je kon er prat opgaan als je een ‘blanc des blancs’ uit de Aube had die je voor een appel en een ei kon kopen je er nergens een technische fiche van kon vinden. Denkende dat je een unieke Champagne had van enkel en alleen de Chardonnay kwam je in de realiteit vaak bedrogen uit.
Nu is er in de Champagne naast het stijgende gebruik van de Pinot Meunier een tweede opmerkelijk feit bezig. We merken dat er meer en meer een aanplant is van deze vier druiven en dat deze terug in herbruik komen. Het blijft zelfs niet bij gewone experimentjes. Integendeel, er worden hoogwaardige producten mee gemaakt.
Wel dient gezegd te worden dat de basis van deze Champagne toch nog steeds hoofdzakelijk gedragen wordt door de klassieke rassen en dat er slecht klein-percentsgewijs wordt aangevuld met de rariteiten.

Juich ik dit toe? Hell Yeah…Want ik heb niet liever dan een gedreven experimenterende, ietwat tegendraadse wijnbouwer 😉

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: